preheader NTVO

Intensificatie radiotherapiedosis bij prostaatkankerpatiënten met PSA-recidief na prostatectomie resulteert niet in verlenging van biochemisch recidiefvrije overleving

In een poging om de optimale dosis van ‘salvage’ radiotherapie bij prostaatkankerpatiënten met biochemische progressie na het chirurgisch verwijderen van de tumor vast te stellen, heeft de fase III multicentrische SAKK 09/10-studie geen klinisch voordeel kunnen aantonen van een meer intens radiotherapieschema. Bovendien gaf een verhoogde intensiteit van radiotherapie meer gastro-intestinale toxiciteit.

Introductie

Voor patiënten met gelokaliseerde prostaatkanker is radicale prostatectomie de meest gebruikte behandeloptie. Biochemische progressie komt echter voor bij tot 50% van de patiënten na prostatectomie. Bij deze patiënten is ‘salvage’ radiotherapie (RT) de enige curatieve behandelmogelijkheid. De optimale dosis van ‘salvage’ RT is echter nog niet gedefinieerd. In retrospectieve analyses is geschat dat de biochemische progressievrije overleving (‘progression-free survival’, PFS) per Gy met ongeveer 2,5% verbetert. Tijdens ASCO GU 2021 werden de resultaten van een prospectieve, gerandomiseerde fase III-studie gepresenteerd waarin de effectiviteit en het bijwerkingenprofiel van een geïntensifieerd RT regimen is onderzocht in vergelijking met de conventionele dosis.

In de multicentrische SAKK 09/10-studie zijn 350 prostaatkankerpatiënten met terugkeer van PSA na prostatectomie gerandomiseerd naar een geïntensifieerd RT regimen (70 Gy in 35 fracties), óf de conventionele dosis RT (64 Gy in 32 fracties). Patiënten die in deze studie konden worden geïncludeerd hadden stadium pT2a-3b-ziekte en hadden een R0-1-resectie ondergaan. PSA-recidief werd gedefinieerd als een verdubbeling in PSA, met een uiteindelijke waarde van >0.1 ng/mL, of 3 opeenvolgende toenames, die niet boven de 2 ng/mL uitkwamen. De belangrijkste exclusiecriteria waren enig bewijs voor een macroscopische lokale terugkeer of lymfkliermetastase en PSA-persistentie >0,4 ng/mL. Verder mochten patiënten niet behandeld zijn met hormoontherapie. Het primaire eindpunt van deze studie was de afwezigheid van biochemische progressie (‘freedom from biochemical progression’, FFBP; PSA ≥0,4 ng/mL en oplopend), met onder meer de secundaire eindpunten klinische PFS, tijd tot hormoonbehandeling, toxiciteit en kwaliteit van leven.

Geen significante verbetering in FFBP met een geïntensifieerde dosis RT

Bij randomisatie was de mediane PSA van de patiënten in deze studie 0,3 ng/mL. Van de 350 patiënten werden 344 patiënten geïncludeerd in de ‘intention-to-treat’-analyse. Na een mediane follow-up van 6,2 jaar, werden er in totaal 138 biochemische progressie events vastgesteld. De geïntensifieerde dosis RT gaf geen significant voordeel in FFBP. De conventionele dosis RT gaf een mediane FFBP van 8,2 jaar, vergeleken met 7,6 jaar met de geïntensifieerde dosis RT (HR [95%-BI]: 1,14 [0,82-1,60]; p=0,44). Ook een subgroepanalyse kon geen subgroep van patiënten identificeren die voordeel had van een geïntensifieerde dosis RT. Er werd geen significant PFS-voordeel gevonden (HR [95%-BI]: 0,97 [0,65-1,42]; p=0,86) of voordeel in tijd tot androgeendeprivatietherapie (HR [95%-BI]: 1,03 [0,63-1,69]; p=0,91) tussen beide behandelarmen.

Late graad 2 en graad 3 urogenitale toxiciteit kwam voor bij respectievelijk 21% en 8% van de patiënten behandeld met de conventionele dosis RT en bij respectievelijk 26% en 4% van de patiënten behandeld met het geïntensifieerd RT regimen (p=0,81). Daarentegen kwamen late graad 2 en graad 3 gastro-intestinale bijwerkingen voor bij 7% en 4% van de patiënten behandeld met de conventionele dosis RT en bij 20% en 2% van de patiënten behandeld met het geïntensifieerd RT regimen (p=0,009). De uitkomsten met betrekking tot kwaliteit van leven waren vergelijkbaar in beide behandelarmen; er werden geen significante verschillen gevonden in blaas- of darmfunctie vergeleken met baseline

Conclusie

In deze gerandomiseerde fase III-studie naar een geïntensifieerd RT regimen (70 Gy) in vergelijking met conventionele dosis RT (64 Gy) is geen voordeel van het geïntensifieerde schema aangetoond met betrekking tot biochemisch recidiefvrije overleving. Bovendien was het geïntensifieerd RT regimen geassocieerd met een verhoogd percentage gastro-intestinale toxiciteit.

Referentie

Ghadjar P, et al. Dose-intensified versus conventional dose-salvage radiotherapy for biochemically recurrent prostate cancer after prostatectomy: Six-year outcomes of the SAKK 09/10 randomized phase III trial. Gepresenteerd tijdens ASCO GU 2021; abstract 194.

Spreker Pirus Ghadjar

Pirus Ghadjar

Pirus Ghadjar, MD, PhD, Charité, Berlijn, Duitsland


Zie: Keyslides

Back to Top