preheader NTVO

headerASCO2013

SAMIT-studie: sequentieel gebruik van adjuvant paclitaxel en fluoropyrimidines is geassocieerd met een trendmatige verbetering in de ziektevrije overleving (DFS) van patiënten met lokaal gevorderd maagkanker

Resultaten van de fase III SAMIT-studie tonen aan dat het sequentieel gebruik van paclitaxel en orale fluoropyrimidines als adjuvante therapie voor patiënten met lokaal gevorderd maagkanker resulteert in een trendmatige toename van de ziektevrije overleving. Daarnaast bleek uit een vergelijking van een behandeling met fluoropyrimidines tegafur/uracil (UFT) en S-1 (een oraal fluoropyrimidine) dat UFT inferieur is aan S-1. Het sequentieel gebruik van paclitaxel met S-1 lijkt dus de meest effectieve adjuvante strategie bij patiënten met gevorderd maagkanker.

Adjuvante chemotherapie met UFT was lange tijd de standaardbehandeling voor gevorderd maagkanker in Japan. Dit veranderde recent naar S-1 (ofwel TS-1) in reactie op de positieve resultaten van de ‘Adjuvant Chemotherapy Trial of TS-1 for Gastric Cancer’ (ACTS-GC)-studie. De ACTS-GC studie is een Fase III-studie die de effectiviteit van chirurgie op de OS vergelijkt met een behandeling met chirurgie die binnen 45 dagen na curatieve resectie gevolgd wordt door S-1. Tot op vandaag bestond er echter geen directe vergelijking tussen beide behandelingen (UFT of S-1). De SAMIT-studie is een fase-III studie waarin het overlevingsvoordeel van het sequentieel gebruik van adjuvante paclitaxel met fluoropyrimidines wordt vergeleken met fluoropyrimidines alleen en waarin daarnaast de effectiviteit van S-1 werd vergeleken met UFT bij patiënten met maagkanker.

In de SAMIT-studie werden 1.495 patiënten met serosa-invasieve maagkanker die een R0/1 resectie met uitgebreide (D2) lymfklierdissectie ondergingen, gerandomiseerd tussen een adjuvante behandeling met UFT (267 mg/m2 per dag) [arm A, N= 359], S-1 (80 mg/m2 per dag gedurende 2 weken om de 3 weken) [arm B, N= 364], wekelijks paclitaxel (80 mg/m2) gevolgd door UFT [arm C, N= 355], of paclitaxel gevolgd door S-1 [arm D, N= 355]. Primair eindpunt was de ‘Disease Free Survival’ (DFS).

Uit de studieresultaten blijkt dat het sequentieel gebruik van paclitaxel met pyrimidines geassocieerd is met een numeriek langere DFS. Dit verschil was echter niet statistisch significant (driejarige DFS voor C+D versus A+B: 54% versus 57%; HR [95%BI]: 0.92 [0.80-1.07], p= 0.273). Verder bedroeg de HR voor de vijfjarige totale overleving voor A+C versus B+D 1,23 (54,3% versus 60,7%; 95% BI: 1,07-1,43, p = 0,161) waaruit bleek dat UFT inferieur is aan S-1. De belangrijkste neveneffecten geobserveerd in de studie waren neutropenie (11%, 13%, 13% en 23% bij patiënten in respectievelijk arm A, B, C en D) en anorexia (bij 6%, 7%, 2% en 5% in respectievelijk arm A, B, C, en D). Alle andere derde- of vierdegraads neveneffecten kwamen voor bij minder dan 5% van de patiënten.

Samengevat is het sequentieel gebruik van paclitaxel en fluoropyrimidines als adjuvante behandeling voor patiënten met lokaal gevorderd maagkanker geassocieerd met een niet-significante toename in ziektevrije overleving. Daarnaast bleek uit SAMIT dat UFT inferieur is aan S-1.

Referentie

K. Yoshida, A. Tsuburaya, M. Kobayashi et al. SAMIT: a phase III randomized clinical trial of adjuvant paclitaxel followed by oral fluorinated pyrimidines for locally advanced gastric cancer. J Clin Oncol 2013; 31(suppl). Abstract LBA4002.

Spreker Kazuhiro Yoshida

Yoshida

Kazuhiro Yoshida, MD, PhD,
Department of Surgical Oncology, Gifu University School of Medicine, Gifu, Japan


Zie: Keyslides

Back to Top